#vlaamshollandswoordenboek: windhond

Ook buiten het werk om, word ik vaak misverstaan. Zou het aan mij liggen? Zouden wij, Antwerpenaren, dan toch koppig in onze trots (voor het dialect) zijn? Of is het trots op onze koppigheid.. Na een jaar met mijn DFZS-collega’s, merk ik namelijk toch dat zij zich wijs hebben gemaakt in het Vlaams. Van een Antwerpse ‘uitschuiftafel’ maken zij wel ‘oscartoffel’, maar zolang we elkaar verstaan is het goed. Toch!
Anyway! Toen ik op een namiddag met mijn vriend mijn (wind)hond uitliet in het bos, raakte ik aan de praat met een fokker van Scottish Deerhounds; zowat een langere, harigere windhond. We praatten over haar hond, dat het haar derde was, en dat er ook windhond in de hare zat want, ja, het ras moet je wel gezond houden, ‘anders heb je niets aan je hond’. Uhu.
Ze vindt mijn hond mooi, maar ziet in haar poten toch echt geen windhond. (Ik weet dat we historisch gezien categoriseren uit overleving, maar ook de hond in hokjes stoppen lijkt me nu niet dat we daar minder snel van dood gaan gaan). Na een tien minuten, vertaal ik de conversatie aan mijn vriend in het Engels, omdat hij als trotse hondenouder ook zijn weerwoord mag geven op mijn hond haar pootjes. Waarop de fokmevrouw mijn vriend mid antwoord (in Nederlands, for that matter!) onderbreekt: ‘Ah! She speaks better dutch than you!’, waarop ik me omdraai en licht verbaasd zeg: ‘Ja, tuurlijk, ik ben Belgisch.’ Ook baasjes van windhondachtigen kunnen er snel vandoor gaan.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: